Niemand
heeft antwoord op mijn vragen
over
bakkerskleren. Ik draag de blauwwitte
ruit
zonder hem te doorzien, rubberen zolen
op
de meelgladde vloer om niet uit te glijden.
Om
niet uit te glijden leer ik de weg van
mijn
handen. Ik dompel ze onder in water,
boter
en bloem. Ik moet tussen bitter en zoet,
pril
en rijp de juiste verhouding vinden,
de
juiste verhouding vinden met jou,
als
doorgangen smal zijn ruimte maken,
muren
breken om te groeien.
Om
te groeien bak ik mij een weg naar buiten.
Voor het 18-jarig bestaan van
ambachtscentrum Driekant.